De twee oprichters van Inther herinneren zich nog de kick die ze kregen toen ze met hun eigen software voor het eerst een pick-to-light-display lieten branden. Of toen ze bij Audax hun eerste geïntegreerde systeem inclusief rollenbanen, PLC-besturing en WCS-software opleverden.
Na 25 jaar voelen ze nog altijd diezelfde sensatie als een klant zoals Coolblue, Skechers, Blokker of Picnic hun intralogistieke systemen in gebruik nemen. En zij niet alleen. “Bij ons werken allemaal mensen die het prachtig vinden om iets te bouwen wat daadwerkelijk gaat bewegen. En wat erin resulteert dat de klant een pakket kan uitleveren “, vertelt Martijn Herder.
Samen met Paul Hermsen zit hij in het warehouse van Zeeman textielSupers, waar de laatste hand wordt gelegd aan een volgend hoogtepunt in het rijke ‘oeuvre’ van Inther. “Als dit systeem straks gaat draaien, gaat er een daverend geweld over al die rollenbanen. Dan krijgen we allemaal ongetwijfeld weer dat wauw-effect “, weet Hermsen.

Fijnmazigheid
Het oeuvre van Inther telt meer hoogtepunten. Zoals het shuttlesysteem met gestapelde bakken van Marchon Eyewear, het eerste waarvoor Inther zelf de besturing leverde. Of de zelf ontwikkelde robotpicker GRIPP, die al bijna een jaar met succes draait bij een groot internationaal cosmeticamerk. “En kijk eens wat Hema allemaal doet op dat kleine stukje grond in Utrecht. Die verwerken dezelfde volumes als andere grote magazijnen, maar dan met veel minder geïnvesteerd kapitaal en veel minder mensen “, zegt Herder, die bijval krijgt van Hermsen. “Bij Hema draait een miniload- en een shuttlesysteem. Daar wordt gewerkt met pick-to-light, put-to-wall en pick-to-cart. Verdeeld over een periode van twaalf jaar hebben we telkens weer wat bijgebouwd. Steeds weer hebben we de processen en data geanalyseerd om vast te stellen welke technologie het beste past. Dat is het vlak waarop wij ons onderscheiden. “
De behoefte aan dat soort oplossingen groeit alleen maar. “Kijk naar het logistieke landschap eind jaren negentig en nu. De fijnmazigheid blijft alleen maar toenemen. Alles moet steeds slimmer en sneller “, stelt Herder. Hermsen: “Vroeger kreeg een winkel een halve pallet broodroosters, nu meerdere keren per week één of twee stuks. Dat leidt tot veel meer handling in het magazijn, terwijl we daarvoor steeds minder mensen hebben. “

Robotpicker
Inther is inmiddels meer dan alleen een system integrator. Het bedrijf bouwt zijn eigen plug-and-play rollenbanen en heeft in eigen huis een A-Frame en document handling machines ontwikkeld.
“Wij groeien door steeds weer opnieuw dezelfde afweging te maken: wat kunnen wij nog meer betekenen voor onze klanten?”, legt Herder uit. Dat resulteert in innovaties die daadwerkelijk wat toevoegen aan de markt. Een voorbeeld is de al genoemde GRIPP: een robotpicker op basis van een portaalrobot in plaats van een knikarmrobot. Die heeft een groter bereik, wat het mogelijk maakt om maar liefst twaalf orders tegelijk te verwerken. “Door de GRIPP te koppelen aan een automatisch opslagsysteem, komen we steeds dichter bij ons doel: magazijnen ontwerpen die zover geautomatiseerd zijn, dat we alleen nog maar procesoperators nodig hebben”, verklaart Hermsen.

Half woord
Inther is in 25 jaar tijd uitgegroeid tot een bedrijf met 300 mensen en met vestigingen in Moldavië, China, Duitsland, België en de Verenigde Staten. “We investeren veel in het lerend vermogen van de organisatie. Dat is noodzakelijk, want de markt verandert voortdurend. En dus moeten wij veranderen”, benadrukt Herder. Hermsen: “Daarom investeren we nu in data science. Onze systemen produceren een schat aan data, waar we nog veel meer gebruik van kunnen maken.”
Eén ding is in 25 jaar niet veranderd: de wijze waarop Herder en Hermsen met elkaar samenwerken. Als co-ceo’s delen ze nog steeds een kamer in het hoofdkantoor in Venray, waar hun bureaus tegenover elkaar staan. Aan een half woord hebben ze genoeg, lachen Herder en Hermsen: “In andere bedrijven moet de directie een dag naar de hei om samen na te denken over de toekomst. Wij zitten elke dag al bij elkaar en overleggen voortdurend.”

^{Martijn Herder (l.) en Paul Hermsen (r.): “De fijnmazigheid is gigantisch gegroeid en blijft alleen maar toenemen.”}

ZEEMAN: “EERST HET PROBLEEM, DAN DE OPLOSSING”

In zijn zoektocht naar een system integrator heeft Bernard Smedema van Zeeman gemerkt dat er twee soorten zijn: system integrators die denken vanuit het middel en system integrators die denken in oplossingen. Inther behoort tot de laatste categorie. “Eerst hebben we samen doorgrond wat de logistieke uitdaging is, kijkend naar de hele supply chain, om vervolgens te kijken naar de middelen die samen een totaaloplossing vormen. Mede daarom hebben we zo’n goede klik met Inther”, zegt de logistiek manager van de textielSuper uit Alphen aan den Rijn.

Ook tijdens het project hebben Zeeman en Inther regelmatig een pas op de plaats gemaakt: welk probleem zijn we nu eigenlijk aan het oplossen? En behouden we het doel voor ogen? “Dat we ook later in het project vraagtekens durfden te zetten bij de gemaakte keuzes, is de integrale oplossing beslist ten goede gekomen”, stelt Smedema. “Natuurlijk loop je soms tegen issues aan, maar die zijn altijd op een nette manier opgelost. Daardoor is het onderling vertrouwen alleen maar gegroeid.”

Dit interview verscheen eerder in editie 3-2023 van Warehouse Totaal.
Tekst: Marcel te Lindert